In het jaar 1824, op 11 mei om drie uur in de ochtend, werd de schilder, zoon van
Pierre Gérôme, handelaar Goldsmith in de leeftijd van 23 jaar, en
Claude-Françoise-Melanie Vuillemot, zijn vrouw, 23-jaar oud, woonachtig in
Vesoul, Haute-Saône geboren.
Hij werd opgeleid aan de Lycée de Vesoul die vandaag zijn naam draagt, waar hij werd ingewijd in het tekenen. Op zijn zeventiende ging hij naar de Studio van Paul Delaroche, die hem ook de smaak van het reizen zou geven
. ‘Un Combat de Coqs’ uit 1847 was zijn eerste succes (een postzegel is in 2004 gemaakt van dit tafereel, met als waarde € 1,11). Hij zou bekend worden door het schilderen van oriëntaalse en academische tafarelen. Algerije, Marokko, Tunesië, Egypte (eerste reis in 1856)
en Turkije inspireerden hem om echte of gedroomde scènes te schilderen. Zijn hele leven zou hij zijn aangetrokken tot deze landen
Van 1846 tot 1854, woonde hij samen met andere artiesten in de buurt van de stad Luxemburg, 27 rue Fleurus, een huis genaamd Le Chalet. Hij was altijd erg gul met delen met zijn vrienden betreffende financiën en huisvesting.
Hij zou de leider van de Oriëntaal schilders worden. Gérard Ackerman inventariseerde ongeveer 600
schilderijen. In 1870 koste een doek van een gemiddelde formaat in de handel van Fr 9.000 tot Fr 15.000 (tussen € 27.444 en € 45.734). Zijn ‘Grande Piscine à Brousse’ - 1885 – is geveild in juni 2004 door Sotheby's in Londen voor 2,5 miljoen euro. Hij werd al snel rijk en beroemd. In 1860 kocht hij een landhuis voor zijn ouders in Coulevon, in de Haute-Saône. In 1863 trouwde hij met Marie Goupil, dochter van de bekende kunsthandelaar en uitgever van prenten
Adolphe Goupil. Deze zou de verkoop van zijn werken in de wereld faciliteren. Goupil bemachtigde
de auteursrechten betreffende het reproduceren van al zijn werken. Hun samenwerking was lang en gelukkig. Als professor en lid van de Académie des Beaux-arts sinds 1865, was hij een felle tegenstander van de impressionisten. Het grote succes tijdens zijn leven, leverde hem een beeld op die op de binnenplaats van het Instituut werd geplaats, Zijn beelden kunnen vandaag de dag worden
bezichtigd in het Musée d'Orsay. Gérôme presenteerde zijn sculpturen in 1878. Hij
realiseerde onder andere een beeld van Sarah Bernhardt die ook is tentoongesteld in d’Orsay. Uit zijn huwelijk met Maria is een jongen geboren Jean-Armand en vier dochters. Jeanne-Élisabeth, die het huis Goupil zou perfectioneren, Blanche-Valentine, Madeleine en Suzanne-Mélanie die gehuwd was met Aimé Morot (1850-1913)
Gérôme was regelmatig te vinden in een huis in Coulevon (Haute-Saonne) 4 kilometer vanzijn geboortestad, in de richting van Luxeuil-les-Bains. Zijn leerlingJules-Alexis Muenier woonde op het Château Coulevon (gebouwd in 1850). Een plaats in het dorp draagt zijn naam. Gérôme schonk de kapel een muur reliëf inalbast, ook kunt u daar een doek “La Visitation de Muenier” zien. Beide schilderijen zouden eigendom van Coulevon blijven en daar te zien zijn.
En Cannes…
Hij gaat naar Cannes aan het einde van de eeuw, hij is verrukt door het klimaat, het licht, de stilte van de nacht, de charme van de streek, de elegantie en het onderscheid van zijn gasten. Hij gaat niet in de stad wonen, maar in een huis wat “Le Chalet Gérôme”heet en op de route naar Fréjus ligt. Wat later gekocht werd in 1932 door Docteur Raymond Picaud.
Het staat niet ver van het Château waar de markies de Mores woonde. In het havengebied bij de Croisette, de locatie van de elite en kunstenaars, konden herhaaldelijk werken bewonderd worden in de grote expositiezalen, van Gérôme en Aimé Morot. Toen de Frans – Pruisische oorlog (1870-1871) uitbrak, was de familie op Bougival, vervolgens verbleven ze in Londen tot zomer van 1871. Terug in Frankrijk leidt de schilder een intens sociale leven. Hij reageerde op alle uitnodigingen van alle openingen en dat geregeld leidde tot botsingen met de schilders van die tijd, die veelvuldig in de literaire salons plaats vonden. Aangezien hij een uitgesproken politieke visie had.Eind 1889 werd hij ernstig ziek, zijn naderende dood werd aangekondigd in de kranten van New York. Maar na een lang herstel werd hij beter. In januari 1891 zat hij in Cannes aan het bed van zijn zoon en verzorgde hem totdat hij stierf op de leeftijd van 27 jaar. Het laatste deel van zijn leven speelde af tussen
Bougival en Normandië. Hij overleed in Parijs in 1904 en zijn vrouw Marie stierf in 1912 in Bougival.
In de krant van Cannes, van 21 januari 1904: necrologie, een van onze vriendelijke gastheren, de beroemde schilder Jean-Léon Gérôme, Grootofficier van het Légion d'honneur, eigenaar van het chalet de La Bocca overleed gisteren in zijn hotel aan de Boulevard de Clichy in Parijs, aan een
beroerte. Wij betuigen onze oprechte medeleven aan mevrouw Gérôme en zijn familie die wreed op de proef worden gesteld.
Op 12 februari 1932, zei de schilder Pastour in een toespraak voor de mediterrane culturele samenleving,: Gérôme was voor de bevolking van La Bocca, en z’n buur steden, niet het illustere lid van het Instituut en aan wie het schilderij de ‘Combat de Coqs’ , wat in het Louvre hangt, niet kan worden toegewezen. Men zag dat hij schetsen maakte... we wisten dat hij een kunstschilder was... Men kwam hem vaak tegen bij de rots bij het station langs Beal of la Siagne...